 |
Titel |
Ars Notariatus, Dat is: Konste en styl van 't Notarischap, begrepen in Theorijcke ende Practijcke.
Met verklaringe van vele duystere Latynsche als Françoysche Woorden ende Termen, die men gemeynelyck in de Practycke is gebruyckende.
Allen Practisinen / Rentenieren / Kooplieden en andere / seer nut / oorboor / en dienstigh. |
Auteur |
Jacques Thuys |
Editie |
[onbekende herdruk]
|
Plaats van uitgave |
Amsterdam
|
Uitgever |
d'Erfg. van Paulus Matthysz. |
Jaar van uitgave |
z.j.
|
Plaats van druk |
Amsterdam
|
Pagina's |
VI+246+Xp
|
Materiaal |
boek
|
Classificatiecode |
Not T 2
|
Samenvatting |
Notarisboek [België/Zuidelijke Nederlanden, Nederland/Noordelijke Nederlanden, eind 16e-17e eeuw]. Woordenboek.
Literatuur: A. Pitlo, Zeventiende en achttiende eeuwsche notarisboeken (Haarlem 1948), H. II. Jacques Thuys, Ars Notariatus, p. 25-32;
en: A. Pitlo en A.Fl. Gehlen, Zeventiende en achttiende eeuwse notarisboeken (2e, algeheel bew. druk, door A.Fl. Gehlen; Deventer 2004), H. II. Jacques Thuys (eind 16de eeuw - begin 17de eeuw) - Ars Notariatus, p. 9-13.
De titelpagina, p. 1, vermeldt geen auteursnaam. De voorreden, met de aanhef 'Den goetwilligen Leser, Saluyt.', op p. 3, is ondertekend met: 'Vaert wel. Jacques Thuys Notaris.'
De titelpagina, p. 1, vermeldt geen editie en vermeldt evenmin een jaar van uitgave. Als het een legale druk betreft, dateert deze druk op zijn vroegst van eind 1596, gezien het privilege voor 6 jaar van de 3e druk te Antwerpen, bij Arnout [of Arnoult] s'Conincx, uit 1590; zie daarvoor Not T 1. Zie voor de - lange - lijst van herdrukken van dit notarisboek: Pitlo (1948), Bibliographische lijst, p. 330; en: Pitlo en Gehlen (2e druk, 2004), Bibliografische lijst, p. 193. Pitlo (1948), p. 27-28, stelt 3 herdrukken vergeleken te hebben: 1590 [dat is Not T 1], 1620 [dat is mogelijk Not T 2] en 1628 [dat is Not T 3]; 'Behoudens enkele geringe verbeteringen, wijziging in de spelling en een andere plaatsing der registers, zijn zij gelijkluidend.'
Het eigenlijke notarisboek wordt voorafgegaan door een woordenboek of woordenlijst, getiteld: 'Verklaringe van diversche soo Latijnsche als Fransoysche Woorden ende Termen, die de Practizyns dagelycks gebruycken.', p. 5-32, met een korte inleiding of toelichting op p. 4.
Het notarisboek bestaat uit twee delen:
1. 'Het eerste deel van Ars Notariatus, begrijpende de Theorike der Notarisen / om te leeren onderkennen de Nature van alle Contracten / ende wes daer aen kleeft.', p. 33-84.
2. 'Het tweede deel van Ars Notariatus, wesende de Practijcke vande Notarisen. Inhoudende de forme ende maniere / hoe men alle soorten van Instrumenten sal minuteeren ende grosseren.', p 85-246.
Het nawerk omvat twee registers en/of inhoudsopgaven:
1. 'Tafel Van het eerste Deel van Ars Notariatus, begrypende de Theorike der Notarisen, gestelt by Capittelen.', dat is een inhoudsopgave, p. 246 en p. I-II.
2. 'Tafel van het tweede deel van Ars Notariatus, wesende de Practycke der Notarisen. Inhoudende diversche formen van Instrumenten gestelt op d'ordene van den A. B. C.', dat is een zakenregister, hier een register op de formulieren, p. II-X.
|
Annotatie |
Notarisboek [België/Zuidelijke Nederlanden, Nederland/Noordelijke Nederlanden, eind 16e-17e eeuw]. Woordenboek.
|
Not T 2 |
|
Notarisboek (Not) |
Km conserv. |
beschikbaar |
|